maandag, maart 10, 2003

Onbeschreven blad


bJoep
Natuurlijk denk je alvorens je begint te antwoorden. Zelfs ik. Soms. Maar het echte denken = formuleren [Frisch: "Denk en schrijf zuiver Nederlands"!] begint op het moment dat je aan je gedachten een vorm gaat geven. Dat bedoel ik met de echte fase van -althans mijn- denken. Want dat is mijn moment van intensief 'luisteren' naar wat er staat en hoe ik daar op reageer. Luisteren op het moment dat je antwoord geeft, i.e. het antwoord = de vraag her-formuleert, ontleedt en er mee verder gaat.
[Dit moet ik beter kunnen formuleren; is niet echt duidelijk, vrees ik]

De start - nog zonder structuur: "Ja maar, wat zegt ie nou. Is dat geen onzin? Of: "Dat is toch niet waar." Of wat dan ook.
En dan begint het pas. "Diep" luisteren begint op het moment dat je je gedachten daarover gaat formuleren, op dat moment toets je, onderzoek je met je woorden de juistheid, de waarheid van de stellingen en beweringen.
Ja, al pratend zoek ik naar wat ik wil zeggen, denk ik na over wat en vooral hoe ik wil zeggen. Soms resulteert dat in niks. Soms in een halve waarheid, in een halverwege benadering, zoals dit onvolmaakte stukje tekst. Maar ik [ik dus] moet aan het denken vorm geven. Ik kan alleen maar denken als ik helder krijg wat ik precies wil zeggen. Dat lukt meestal niet in één fase.
Dit stukje heeft me meer dan een half uur gekost. Het stond er drie minuten op. Dan begint het luisteren = het her-formuleren; dat was de rest van die tijd.Plus de tijd die ik onderweg in de auto naar Albert Heijn er nog over heb lopen piekeren.

Kun je je vinden in deze beschouwing?


bE.
Het is een heel begrijpelijke tekst, zorgvuldig overdacht met alle misschienen en alsen precies op hun plek. De aarzelingen, de relativering, het is geen antwoord op een vraag, maar een filosofisch betoog over de wankele weg tussen vraag en antwoord, gedachte en woord. Het is heel basaal, alsof je nog maar pas bestaat, als een slim kind dat leert lopen.
Ik heb een griezelig vermoeden dat daar meer waarheid in zit dan ik leuk vindt. Toen ik je dertig jaar geleden leerde kennen was je een (ex)reclameman die iedereen met swung en verve van de sokken lulde met amusant verbaal geweld. Als er geen argumenten waren bedacht je ze wel, beriep je op volledig oncontroleerbare anecdotes en kwam er bijna altijd mee weg.
De laatste jaren moet je regelmatig weer naar het hier en nu gehaald worden. Je begint broos te worden, niet alleen lichamelijk.
Hier moet ik nog over nadenken. Of het zin heeft hier over na te denken, bijvoorbeeld.

grjoep
steinmeijer.net