zaterdag, april 26, 2003

terug van weggeweest.....


Op het IJ kwam een hele grote driemastklipper langsvaren. De Radboud is te groot voor het IJsselmeer en zeker voor het Wad, voor je de zeilen gehesen hebt ben je al aan de overkant, of komt de BS1 griezelig dichtbij. Weer zo'n mooi schip dat rondvaart als manaaachers/incentive/training/kroeg onding, dacht ik.
Eigenlijk alleen de Oosterschelde doet iets respectabels op het water, en de Europa .
Totdat me opviel dat de middelste mast uit het lood stond. Nu is het bij meer-mast-schepen gebruikelijk dat deze iets naar achter hellen, dat staat snel en is ook sneller.
Maar het is een zeldzaamheid die middelste (en hoogste) mast iets minder te zien hellen dan de andere twee. Dan is er een echte specialist bij geweest. In feite is het de mastopstelling die in de zeventiende eeuw ontwikkeld werd voor het groene water. Schuin achter me kon ik in de verte de masten van het VOC schip 'Amsterdam' zien liggen, met precies dezelfde mastvoering. Blijkbaar was en is dit voor schepen tussen de 500 en 1000 ton de ideale oplossing. (de vierkante zeilen verdwenen omdat scheepsvolk geld ging kosten)

Kijk maar :
Radboud : loa 46 m, mast 45 m, br 7,5 m, 525m2, 500 ton .
'Amsterdam' : loa 48 m, mast 56 m, br 11, 6, 1000 m2, 1100 ton .

Waaruit blijkt dat de Amsterdam meer een vrachtschuit was, en dat de Radboud wat ranker en waarschijnlijk sneller is, en minder vracht kan vervoeren in een kortere tijd, logisch voor een schip uit (?) 1910, maar er zit dezelfde motor in .

Dat vind ik nou lollig.


grjoep
steinmeijer.net