donderdag, mei 01, 2003

een nare westenwind


Er blies dinsdag een heel onprettige wind over het IJ. Hard, maar niet erg hard. Vlagerig, van vervelend tot nog iets vervelender. Meestal is wind wel leuk om mee te spelen, als je een papiertje loslaat kun je dat met even hollen wel weer vangen. Maar deze wind blaast alles meteen regelrecht het water in. Een joch liet een bestuurbare vlieger op, hij had dat vaker gedaan. Maar als hij het ding eindelijk in de lucht heeft gekregen knalt deze wind het wraakzuchtig meteen op het asfalt. Een ander joch laat zich vooruitblazen op zijn surfboard. Maar dat was niet echt de bedoeling, je ziet het aan hem. Het is zo overduidelijk een chagerijnige wind dat zelfs de meeuwen zich niet laten zien. En die is niets te gek, hoe meer wind, hoe groter de pret. Hoe het komt weet ik niet, maar deze wind heeft een rothumeur, en alles en iedereen voelt het aan .
Op het water staat, vanaf het CS, een korte golfslag van ongeveer een meter hoog, dat klopt wel met de wind. Geen schuimkopjes, die horen er wel bij Nog vreemder : als een scheepje in een golf duikt zie je bijna geen normaal buiswater, maar het opspattende water wordt door die wind over het dek heen verstoven .

Het is niet pluis op het IJ, vandaag .

Vorig jaar zomer stond ik hier ook, de wind uit dezelfde hoek, een normale wind, normale 1 metergolven met schuimkopjes. Toen zag ik een grote Doerak 950 uit het oosten komen, 8 mijls vaartje, paaltjes pikkend zoals gebruikelijk bij een dergelijke boeg. Maar ergens uit de hekgolf van een binnenvaartschip en de gewone golven waren een paar grotere ontstaan, steil, zeg vier stuks, zeg vier meter na elkaar. (dit bedacht ik pas achteraf). Nog nooit heb ik een schip zulke klappers zien maken. De eerste zag ik bij toeval en dacht : 'nu ligt al het glaswerk op de vloer'. Toen het schip (negen meter vijftig staal, nog steeds 8 mijl) van de eerste golf naar beneden dook, kwam het op de tweede terecht als op een betonnen muur. En ik dacht : 'nu ligt de motor van zijn fundatie' . Gelukkig was toen de snelheid eruit, en de volgende twee zagen er nog steeds verschrikkelijk uit, maar alles wat kapot kon, was toen al kapot, alles wat los lag, lag ergens anders. Het grote gegil en de grote boosheid kon beginnen .

Die laatste twee golven dienden alleen nog maar om de opvarenden duidelijk te maken wie er nu eigenlijk de baas is op het water .

grjoep
steinmeijer.net